Een boete met de bedrijfswagen? Een ongeluk tijdens de werkuren? Een foutje met grote gevolgen? Steeds meer werknemers stellen zich de vraag: "Ben ik daar eigenlijk persoonlijk voor aansprakelijk?"
De regels lijken duidelijk, maar recent veranderde er iets in het burgerlijk recht. Sinds 1 januari 2025 kunnen ook derden – zoals klanten of leveranciers – jou als werknemer rechtstreeks aanspreken voor schade die jij zou veroorzaakt hebben. Dat zorgt voor extra onzekerheid en soms ook verwarring. Want hoe zit het dan nog met de bescherming die we als werknemer altijd hadden via de arbeidsovereenkomstenwet?
Om jou hierin wegwijs te maken, hebben we een nieuwe ClassMetal ontwikkeld. In heldere taal leggen we uit hoe het systeem van aansprakelijkheid precies in elkaar zit, wat er veranderd is, en wat je best doet als je zelf ooit aansprakelijk wordt gesteld. Of lees hieronder het dossier.
DOSSIER: Ben ik aansprakelijk voor elke fout die ik als werknemer maak?
Werknemers vragen zich soms af of ze persoonlijk aansprakelijk kunnen worden gesteld voor fouten die ze maken op het werk. Het gaat dan niet alleen over professionele fouten, maar bijvoorbeeld ook over een ongeval met de bedrijfswagen of opgelopen boetes. In België is de bescherming van werknemers tegen aansprakelijkheid al lange tijd wettelijk vastgelegd in de arbeidsovereenkomstenwet.
Recent vond er een wijziging plaats in het burgerlijk recht, die gevolgen heeft voor de aansprakelijkheid van de werknemer. Werknemers kunnen nu rechtstreeks worden aangesproken door derden die menen dat zij verantwoordelijk zijn voor de geleden schade — denk aan leveranciers of klanten. De bescherming uit de arbeidsovereenkomstenwet blijft gelden, maar wordt in de praktijk doorkruist door deze nieuwe wetgeving. In dit e-book leggen we uit hoe het systeem werkt, wat er precies verandert, en geven we duidelijke voorbeelden. Ook geven we tips over wat je kan doen wanneer je als werknemer toch wordt aangesproken.
De situatie vóór 1 januari 2025
Artikel 18 arbeidsovereenkomstenwet van 3 juli 1978: enkel aansprakelijk voor bedrog, zware fout en lichte, gewoonlijke fout
Volgens het gemeen recht moet wie schade veroorzaakt, die schade vergoeden. Dit was zo bepaald in artikel 1382 e.v. van het oude burgerlijk wetboek, dat intussen gewijzigd is.
Het oude burgerlijk wetboek stelde dat je niet alleen aansprakelijk bent voor schade die je zelf veroorzaakt hebt, maar ook voor schade veroorzaakt door personen voor wie je verantwoordelijk bent — bijvoorbeeld werkgevers ten aanzien van hun werknemers.
Hieruit volgt dat de werkgever in principe aansprakelijk is voor de fouten van de werknemer. Dit wordt ook wel de 'quasi-immuniteit' van de werknemer genoemd. Wanneer een klant schade lijdt door een fout van een werknemer, moet die klant eerst de werkgever aanspreken. Pas daarna kan de werkgever de werknemer eventueel aanspreken tot terugbetaling.
Maar dat mag niet zomaar. Artikel 18 van de arbeidsovereenkomstenwet bepaalt dat een werknemer enkel aansprakelijk kan worden gesteld in drie gevallen:
-
Bedrog: de werknemer veroorzaakt opzettelijk schade (bijvoorbeeld diefstal, sabotage, vrijwillige brandstichting, enz.).
-
Zware fout: een ernstige fout die een normaal voorzichtig persoon nooit zou maken, ook zonder opzet (zoals dronken rijden met de bedrijfswagen, veiligheidsregels bewust negeren, enz.).
-
Lichte, maar systematische fout: kleine fouten die zich herhaaldelijk voordoen en schade veroorzaken (zoals herhaalde kassatekorten, structureel verkeerde bestellingen, enz.).
Deze beperking geldt enkel voor de burgerrechtelijke aansprakelijkheid. De strafrechtelijke aansprakelijkheid blijft volledig bij de werknemer, ook als de feiten tijdens de uitvoering van de arbeidsovereenkomst plaatsvinden.
Welke schade moet de werkgever vergoeden?
Artikel 18 is enkel van toepassing als de fout gebeurt tijdens de uitvoering van de arbeidsovereenkomst. Dat begrip wordt ruim geïnterpreteerd. Volgens het Hof van Cassatie volstaat het dat je in dienst bent van de werkgever - je hoeft op dat moment niet effectief te werken. Ook bijvoorbeeld de middagpauze op het werk valt hieronder.
De werkgever vergoedt schade aan derden, contractspartijen (zoals klanten en leveranciers) en aan zichzelf. In het geval van contractspartijen kan de werknemer nooit rechtstreeks aangesproken worden. Pas als het gaat om bedrog, een zware fout of herhaalde lichte fout, kan de werkgever de schade proberen verhalen op de werknemer.
Deze bescherming is van dwingend recht. Je kan er in een contract of arbeidsreglement dus niet van afwijken. Er mogen geen clausules zijn die stellen dat de werknemer altijd aansprakelijk is of dat de werkgever nooit aansprakelijk is.
Val je buiten deze beperking, dan kan het bedrag van de schade volledig worden teruggevorderd. Er is geen maximumbedrag vastgelegd. Voor schade die buiten de uitvoering van de arbeidsovereenkomst gebeurt - bijvoorbeeld een privéongeval met de bedrijfswagen - geldt deze bescherming niet.
Zware fout of zware verkeersovertreding?
Een 'zware fout' volgens artikel 18 is niet hetzelfde als een zware verkeersovertreding. Je kan strafrechtelijk verantwoordelijk zijn voor een fout, zonder burgerrechtelijk aansprakelijk te zijn voor de schade. Voor strafrechtelijke aansprakelijkheid volstaat ook een lichte fout.
Voorbeelden:
-
Geen voorrang van rechts geven = strafrechtelijk aansprakelijk, maar niet burgerrechtelijk.
-
Door rood rijden, dronken rijden of sleutels in de wagen laten = zowel straf- als burgerrechtelijke aansprakelijkheid.
Opgelet: voor privéverplaatsingen met de bedrijfswagen geldt artikel 18 niet. De schade moet je dan zelf betalen, behoudens tussenkomst van de verzekering.
Zware fout en ontslag om dringende reden?
Een zware fout die tot aansprakelijkheid leidt, is niet per definitie een fout die leidt tot ontslag om dringende reden. Beide begrippen zijn verschillend en kunnen los van elkaar optreden.
Hoe kan schade worden verhaald op de werknemer?
De werkgever kan een ingebrekestelling sturen, een factuur opmaken, of een rechtszaak starten. Bij aansprakelijkheid volgens artikel 18 kan hij ook een inhouding doen op het loon (artikel 23, 3° van de Loonbeschermingswet van 12 april 1965).
Dat mag alleen als de aansprakelijkheid vaststaat of als er een akkoord is tussen werkgever en werknemer ná de feiten. Er moet ook overeenstemming zijn over het bedrag. Maximaal 1/5 van het nettoloon mag worden ingehouden.
Arbeidsgereedschap
Volgens artikel 19 van de arbeidsovereenkomstenwet is de werknemer niet aansprakelijk voor slijtage of beschadiging door normaal gebruik van het arbeidsmateriaal. Ook toevallig verlies, zoals diefstal, valt hier niet onder. Een clausule die het tegendeel beweert is nietig.
De nieuwe regels vanaf 1 januari 2025
Op 1 februari 2024 keurde de Kamer Boek 6 van het nieuwe Burgerlijk Wetboek goed. Dit boek regelt de buitencontractuele aansprakelijkheid (voorheen artikel 1382 e.v.).
De aansprakelijkheid van hulppersonen (zoals onderaannemers, bestuurders en werknemers) tegenover derden is nu vastgelegd in artikel 6.3, lid 2 van het nieuwe wetboek.
De wetgever laat toe dat contractpartijen hiervan afwijken. Sinds 1 januari 2025 zijn deze regels van toepassing op zowel nieuwe als bestaande contracten.
Tot eind 2024 genoot de werknemer quasi-immuniteit: derden moesten eerst de werkgever aanspreken. Sinds 2025 kunnen ze ook rechtstreeks naar de werknemer stappen. Het is dan aan de werknemer om zelf de werkgever in vrijwaring te roepen — met alle praktische en financiële gevolgen van dien.
Wat betekent dit in de praktijk?
Derden (zoals klanten of leveranciers) kunnen nu zelf kiezen: ze kunnen schade verhalen op de werkgever, of rechtstreeks op de werknemer.
Wordt de werkgever aangesproken, dan blijft alles zoals voorheen. Wordt jij als werknemer aangesproken, dan moet jij jezelf verdedigen — op eigen kosten. Je kan dan wel artikel 18 inroepen, maar je moet zelf het proces voeren en de werkgever oproepen.
Zonder vakbond of rechtsbijstand kan dat problematisch zijn. Ook rechtsbijstandsverzekeringen worden hierdoor waarschijnlijk duurder.
Gaat dit vaak gebeuren?
Dat is moeilijk te voorspellen. Meestal zal men nog steeds de werkgever aanspreken — die heeft meer middelen. Maar in bepaalde gevallen, bijvoorbeeld als de werkgever in moeilijkheden zit, kan men toch de werknemer viseren. Ook dubbele vorderingen zijn mogelijk.
En wat als de werknemer zijn werkgever wil laten tussenkomen? Dat kan spanningen veroorzaken op de werkvloer en zelfs leiden tot ontslag. Als de werkgever weigert tussen te komen, moet je hem dagvaarden — wat nog meer kosten met zich meebrengt.
Andere fouten?
Voor fouten die geen bedrog, zware fout of systematische lichte fout zijn, kan men je als werknemer proberen aanspreken. Maar dan kan jij je beroepen op artikel 18.
Aansprakelijkheid buiten de arbeidsovereenkomst
Hier verandert niets: voor schade buiten het werk en voor strafbare feiten blijf je volledig aansprakelijk.
Heb je na het lezen van dit dossier nog vragen of word je als werknemer aangesproken? Raadpleeg dan een juridisch expert of neem contact op met je vakbond.